Wessel Zweers
Laatste berichten van Wessel Zweers (alles zien)

In de meeste berggebieden, in ieder geval in Europa, zijn er berghutten waar bergwandelaars en klimmers onderweg kunnen eten en slapen. De verscheidenheid aan hutten is enorm. Van blikken doosjes voor vier personen, tot comfortabele pensions met honderden bedden.

Veel van die hutten hebben een lange geschiedenis. Ze zijn ooit gebouwd om reizigers een slaapplek te bieden. Elke hut had standaard een ‘huttenwaard’. Die bestiert de boel en regelt alles – alleen of met een partner.

Gaandeweg zijn berghutten ook ontdekt door recreanten. Ze zijn ook groter geworden. Tegenwoordig is het beheer van een berghut meestal teamwerk – zeker bij grote hutten – en loopt er allerlei personeel rond. Maar hoe modern ze ook zijn geworden, hun roots verloochenen ze zelden. In de eetruimte zie je vaak stokoude foto’s hangen, en die historische trots is alleen maar mooi.

Naast bemande hutten zijn er ook onbemande hutten, met name in Scandinavië. Daar moeten trekkers voor zichzelf zorgen. Vaak zijn ook hier wel een fornuis, brandstof en keukengerei aanwezig.

In andere hutten is alleen in het hoogseizoen een beheerder aanwezig. Verder zijn ze gesloten. Ga dus nooit op de bonnefooi naar een hut zonder zeker te weten dat die open is. De kans bestaat dat je voor een gesloten deur komt te staan.

Slapen in een berghut

Meestal zijn er twee soorten slaapplekken:

  • Het ‘Matratzenlager’: slaapzaaltjes met stapelbedden. Deze zijn het goedkoopst. Je deelt de ruimte met andere trekkers. Dat kan tot leuke spontane contacten leiden, maar je hebt natuurlijk minder wel privacy. En ja, er kunnen ook notoire snurkers bij zitten. Daarom staan op mijn bagagelijst voor huttentochten ook altijd oordopjes.
  • Meerpersoonskamers, ook wel familiekamers genoemd: vaak ook weer stapelbedden, maar dan in kleinere ruimtes, bv. 2, 4 of 6 personen. Deze zijn duurder.

Hoe dan ook slaap je altijd op een matras. Dit maakt het overnachten in een berghut een stuk comfortabeler dan kamperen.

De meeste berghutten hebben dekens en kussens. Een slaapzak meenemen is dus niet noodzakelijk. Een lakenzak is wel handig en meestal zelfs verplicht. Wie die niet bij zich heeft, kan er vaak een huren bij de huttenwaard. Neem ook een kussensloop mee, wel zo hygiënisch natuurlijk.

Eten in een berghut

Doorgaans kun je kiezen uit twee varianten:

  • Halfpension: combinatie van uitgebreide warme maaltijd (soms zelfs 3 of 4 gangen), plus ontbijt. Sommige hutten geven je de volgende ochtend ook brood mee voor onderweg, in Oostenrijk is dit vaak ‘jausenbrot’. Kosten kunnen al snel oplopen tot boven de 30 euro. Dit is nog exclusief de overnachtingskosten.
  • A la carte: als een meergangendiner te duur of te overdadig is, kun je ook je eigen keuzes maken. Meestal een stuk goedkoper.

Drankjes worden apart in rekening gebracht.

Kosten & cash betalen

De totale kosten per overnachting zijn dus de optelsom van overnachting (matratzenlager of kamer) en eten (halfpension of a la carte). Mijn ervaring is dat sommige hutten daar op hun sites niet al te duidelijk in zijn. In geval van twijfel: informeer hiernaar bij je reservering.

Belangrijke tip: hoe luxueus sommige hutten tegenwoordig ook zijn, ga er voor alle zekerheid maar vanuit dat je moet afrekenen met cash (in het Duits: ‘Bar’). Bankpasjes en creditcards worden meestal niet geaccepteerd. Neem dus voldoende contanten mee: voor de hele huttentocht én voor je hele reisgezelschap. (Best apart: blijkbaar zit het personeel liever met duizenden euro’s aan cash in een afgelegen hut opgescheept dan dat ze iets regelen voor elektronische betaalmiddelen. Wie hiervoor een verklaring heeft, mag het hieronder bij de reacties melden.)

Korting

De meeste hutten zijn eigendom van een alpenvereniging. Leden van een alpenvereniging krijgen korting en voorrang bij het toewijzen van slaapplaatsen. Leden van de NKBV (Nederlandse Klim en Bergsport Vereniging) hebben meestal dezelfde rechten als leden van de verenigingen die de hutten exploiteren.

Berghutten zoeken

Ja, ze zijn er wel, de sites met uitgebreide overzichten. Een paar voorbeelden:

Maar zelf gebruik ik ze nooit. Wat ik persoonlijk handiger vind:

  • kies eerst een regio of nationaal park,
  • vraag brochures aan en koop eventueel topografische kaarten,
  • die brochures en kaarten geven je alle hutten in de regio
  • vervolgens stippel je een route uit langs een aatal van die hutten,
  • zoek dan online op de naam van de hut om er meer over te weten te komen en eventueel gelijk te reserveren.

Reserveren

Vooraf reserveren is sterk aan te raden. De meeste hutten hebben een eigen website. Reserveren kan vaak simpelweg via e-mail. Sommige hutten gebruiken een online reserveringssysteem. Dan zie je gelijk hoe druk het is op een bepaalde datum.

In het weekend zijn hutten vrijwel altijd drukker dan doordeweeks. Zelf kies ik ervoor om huttentochten zoveel mogelijk buiten het weekend te plannen. Je loopt dan veel minder risico dat het plannen van een meerdaagse tocht vastloopt op één enkele hut die op een bepaalde datum al vol is.

Bij vooraf reserveren moet je meestal ook een kleine aanbetaling doen. Als je de reservering onverhoopt moet annuleren, dan krijg je de aanbetaling niet terug, maar worden verder geen kosten in rekening gebracht. Als je te laat annuleert, heb je wel kans dat je een deel van de kosten moet betalen. De beheerder heeft immers moeite gedaan om plaatsen voor jouw gezelschap vrij te houden en genoeg eten in huis te hebben.

Hutten buiten de Alpen: ervaringen welkom

Bovenstaande tips zijn vooral gebaseerd op mijn eigen ervaringen met berghutten in Oostenrijk en naburige alpenlanden. Heb je ervaringen met hutten in andere delen van Europa? Je bent van harte welkom om die hieronder te delen bij de reacties.

Het leven in een berghut